Vergelijking van de elektriciteits- en aardgasprijzen in Belgiƫ en de ons omringende buurlanden in januari 2021

In gezamenlijke opdracht van de vier energieregulatoren, voerde PWC een vergelijkende studie uit naar de elektriciteits- en aardgasprijzen in België en de ons omringende landen (Duitsland, Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk). Dit rapport gaat over de prijzen van januari 2021 en maakt ook de vergelijking met de prijzen van vorig jaar. Klik en lees het volledige persbericht van de VREG. 

Dit zijn de belangrijkste conclusies van het rapport:

  • Ondanks een lichte daling ten opzichte van 2020 betalen Belgische gezinnen en bedrijven, aangesloten op laagspanning, een hoge elektriciteitsfactuur in vergelijking met onze buurlanden. Het zijn vooral de hoge openbaredienstverplichtingen, toeslagen en heffingen die hiervan aan de basis liggen.
  • De elektriciteitsfactuur van niet-elektro-intensieve bedrijven aangesloten op midden- of hoogspanning ligt wel in lijn met de ons omringende landen.
  • Omdat onze buurlanden (en ook Vlaanderen) vaak grote kortingen toekennen aan bedrijven met elektro-intensieve activiteiten, ondervinden vergelijkbare bedrijven in Brussel en Wallonië een concurrentieel nadeel.
  • De aardgasfactuur is relatief laag in België. Aardgasverbruikers in België betalen weinig openbaredienstverplichtingen, toeslagen en heffingen in vergelijking met elektriciteitsverbruikers.

Relatief hoge elektriciteitsfactuur voor gezinnen en kmo’s aangesloten op het laagspanningsnet

Ondanks een lichte daling van de elektriciteitsprijs, betalen Belgische gezinnen een relatief hoge elektriciteitsfactuur in vergelijking met onze buurlanden. Net als vorig jaar betalen enkel de Duitse gezinnen meer. Door een aanzienlijke belastingvermindering betalen de Nederlandse gezinnen het minst. Zij betalen slechts de helft vergeleken met hun Duitse buren. In België zorgen de hoge openbaredienstverplichtingen, toeslagen en heffingen voor een hoge elektriciteitsfactuur. Ten opzichte van vorig jaar zien we hierbij vooral een toename van de federale toeslagen.

De resultaten voor kmo’s aangesloten op het laagspanningsnet zijn vrij gelijkaardig aan de resultaten voor gezinnen. Nederland is nu wel duurder dan België, aangezien de Nederlandse belastingvermindering enkel geldt voor gezinnen. Bij professionele klanten wordt ook de btw buiten beschouwing gelaten, maar dit heeft enkel een impact op de resultaten van het Verenigd Koninkrijk (de Britse gezinnen betalen slechts 5% btw).

Elektriciteitsfactuur voor een gezin met een verbruik van 3.500 kWh (januari 2021, in euro/MWh)

 


Competitieve elektriciteitsprijzen voor bedrijven aangesloten op het middenspanningsnet

De Belgische positie wijzigt in 2021 wel als we kijken naar bedrijven aangesloten op het middenspanningsnet. In 2020 betaalden Franse bedrijven nog het minst. Door een daling van de netwerkkosten wordt Vlaanderen nu de goedkoopste regio. Ook Brusselse en Waalse bedrijven betalen in regel minder dan in de ons omringende landen. De zuivere elektriciteitskost blijft stabiel ten opzichte van 2020 en is vrij gelijk in alle landen en regio’s. Het zijn opnieuw de netwerkkosten en ‘andere’ kosten die de voornaamste verschillen veroorzaken.

Elektriciteitsfactuur voor een bedrijf met een verbruik van 160 MWh, aangesloten op het distributienet (januari 2021, in euro/MWh)

Gemengd beeld voor bedrijven aangesloten op het hoogspanningsnet: concurrentienadeel voor elektro-intensieve bedrijven, niet voor andere bedrijven

Uit de studie blijkt een duidelijk onderscheid tussen de elektro-intensieve en niet-elektro-intensieve bedrijven aangesloten op het hoogspanningsnet. Onze buurlanden kennen vaak grote kortingen toe aan de elektro-intensieve bedrijven, die daardoor competitiever zijn dan hun Belgische tegenhangers. Enkel Vlaanderen past met de ‘supercap[1]’ ook zo’n korting toe en vindt daardoor meer aansluiting met de buurlanden. Voor de niet-elektro-intensieve bedrijven zijn de elektriciteitsprijzen in België relatief laag, enkel Nederland heeft nog lagere prijzen. In het Verenigd Koninkrijk is de elektriciteitsfactuur wel altijd hoger dan in België.

Elektriciteitsfactuur voor een industrieel bedrijf met een verbruik van 500 GWh, aangesloten op het transmissienet (januari 2021, in euro/MWh)

Competitieve aardgasprijzen

Net als vorig jaar, ligt de situatie voor aardgas anders dan voor elektriciteit. Belgische gezinnen en kmo’s betalen relatief weinig ten opzichte van onze buurlanden. Doordat we weinig openbaredienstverplichtingen, toeslagen en heffingen voor het aardgasverbruik betalen, blijft België één van de goedkoopste landen en wordt in de rangschikking enkel voorafgegaan door het Verenigd Koninkrijk. Voor kmo’s zijn Brussel en Vlaanderen zelfs goedkoper dan alle anderen regio’s.

Ook industriële afnemers van aardgas betalen relatief lage prijzen in België.

Aardgasfactuur voor een gezin met een verbruik van 23.260 kWh (januari 2021, in euro/MWh)

Aardgasfactuur voor een industrieel bedrijf met een verbruik van 2.500 GWh (januari 2021, in euro/MWh)

Betaalbaarheid van energiefactuur voor kwetsbare gezinnen

In een verdere analyse van de energieprijzen focust de studie op de betaalbaarheid van de energiefactuur voor meer kwetsbare gezinnen. Zowel voor elektriciteit als aardgas blijkt dat kwetsbare gezinnen in België vaak een kleiner deel van hun inkomen aan de energiefactuur besteden dan in de ons omringende landen. Dit komt onder meer door de aanzienlijke prijsverlagingen waarvan beschermde klanten genieten via de sociale tarieven. In welke mate kwetsbare gezinnen effectief bereikt worden met dergelijke maatregelen, valt buiten de reikwijdte van deze studie.

Competitiviteit van industriële sectoren

Tot slot wordt ook de impact van de energieprijzen op het concurrentievermogen van de voornaamste industriële sectoren in België uitgelicht. Door de relatief hoge elektriciteitsprijzen ondervinden de elektro-intensieve bedrijven in Brussel en Wallonië een concurrentienadeel. De meer competitieve aardgasprijzen wegen daar niet tegen op. Ten opzichte van 2020 is ook het concurrentievoordeel voor de niet-elektro-intensieve bedrijven in België sterk afgenomen tot zelfs volledig verdwenen voor sommige sectoren in Brussel en Wallonië.

Studie

Deze gezamenlijke studie van de vier regulatoren is een vervolg op de prijsvergelijkingsstudie in 2020 en wordt ook in 2022 en 2023 geactualiseerd.

Meer informatie vindt u in de studie: Rapport studie PWC

[1] Vlaamse steunregeling waarbij de kosten van elektro-intensieve bedrijven gerelateerd aan de quotumplicht voor groenestroom- en warmtekrachtcertificaten geplafonneerd worden op 0,5 of 4 procent van hun bruto toegevoegde waarde.